WP 2 Euregionaal/internationaal systeem voor crisisbeheersing

De overstromingsramp van 14 juli 2021 heeft vooral in de Euregio Maas-Rijn (EMR) grote schade aangericht. Afgezien van de coronacrisis is dit de eerste buitengewone ramp in jaren die de hele EMR treft. Maar door de klimaatverandering zal het zeker niet de laatste in zijn soort zijn.
De overstromingsramp heeft aangetoond dat grensoverschrijdende informatie-uitwisseling van potentieel levensreddend belang is. Er is een grensoverschrijdend systeem nodig om informatie en media in een gemeenschappelijk operationeel beeld te verwerken, te beheren en te presenteren.

De Marhetak-partner Nationaal Crisiscentrum ontwikkelt een IT-systeem voor internationale grensoverschrijdende uitwisseling van informatie tijdens crises, Paragon genaamd. Dit systeem kan worden gekoppeld aan reeds bestaande systemen en kan worden gebruikt in lidstaten die geen eigen crisisbeheerssysteem hebben, zodat het ontbreken of het gebruik van verschillende instrumenten niet langer een belemmering vormt voor grensoverschrijdende samenwerking. Paragon combineert kaartlagen met gegevensbronnen en communicatiekanalen. Binnen de EMR is Paragon het ideale platform om de operationele regionale samenwerking te versterken.

Met dit project kan het operationele beeld van Paragon enerzijds worden aangevuld met Euregio-input en anderzijds met gegevens uit Euregio-bronnen zoals ziekenhuiscapaciteit, ambulancecapaciteit en andere belangrijke middelen. Dit zorgt voor uniforme kennis, interpretatie en visie over de grenzen heen. De output van deze uitbreiding van Paragon kan worden verbeterd met behulp van testscenario’s en een live-oefening. Daarnaast zullen bestaande initiatieven zoals PANDEMRIC als gegevensbronnen worden opgenomen.

Tot slot is het doel van het werkpakket het realiseren van een pilot, specifiek gericht op overstromingsrampbeheersing in de EMR. Hierbij wordt uitgegaan van de behoeften van de bevolking en niet van administratieve, organisatorische of technisch-functionele grenzen: getroffenen hebben recht op de meest adequate zorg, ongeacht waar deze vandaan komt. Dit maakt coördinatie en samenwerking, en dus het delen van informatie over de grenzen heen dat hiervoor de basis vormt, van het grootste belang.